Wat is jouw erfenis uit jouw verleden? Hoe is jouw brein door jouw opvoeding en omgeving geconditioneerd?
Ben jij je ervan bewust wanneer je in een kind- of oudermodus schiet bij je partner? En hoe dit je relatie op momenten schaadt of ongelijkwaardig maakt?
Kind- en oudermodi zijn vastomlijnde, steeds terugkerende gedragsschema’s die we vroeger in onze kindertijd hebben geleerd. De mate waarin we toen een gemis aan erkenning, liefde en veiligheid hebben ervaren bepalen de heftigheid ervan in ons heden.
In onze volwassen partnerrelatie kunnen deze schema’s ons behoorlijk in de weg zitten omdat ze tot veel onbegrip en touwtrekkerij leiden. Dus handig om er iets vanaf te weten!
Hoe herken je jouw eigen kindmodus?
In de schematheorie is sprake van 3 soorten kindmodi die ieder weer een aantal gevoelsthema’s hebben. Je herkent de kindmodus bij jezelf (of bij jouw partner) wanneer de bijbehorende gevoelens buitenproportioneel zijn.
Dat is meestal het geval wanneer je niet meer naar jezelf kunt kijken en benoemen hoe je je voelt. Je bent bij wijze van spreken de emotie zelf geworden en jij staat niet meer zelf aan het roer.
De 3 kindermodi
- De 1e modus is die van het gekwetste kind. In deze modus voel je je als een klein kind dat zorg en hulp nodig heeft. Je voelt je bijvoorbeeld in de steek gelaten, er niet bij horen, tekort schieten, ongewenst, niet de moeite waard of je voelt dat je dingen niet in je eentje durft of kunt.
- Het boze kind is de 2e modus. Ook wel het impulsieve kind. In deze modus overheersen woede, ergernis, koppigheid en soms ook verwend gedrag. In deze modus kom je terecht als je het gevoel hebt dat er onvoldoende rekening met jouw behoeften wordt gehouden. Het gaat hier om boosheid die buitenproportioneel is.
- En het gelukkige kind is de 3e modus. In deze modus voel je je tevreden, begrepen, gewaardeerd, geliefd en onbezorgd. Hier borrelt het kinderlijk enthousiasme. Je hebt plezier en het ontspant.
En wanneer reageer je vanuit jouw oudermodus?
In de oudermodus behandel je jezelf op de manier waarop je vroeger door jouw opvoeders werd behandeld. Bij veel mensen is die ouder als kritisch stemmetje in je hoofd (bijna) altijd aanwezig, bij anderen alleen in bepaalde situaties.
De 3 oudermodi
- De veeleisende ouder. Als deze modus actief is stel je overdreven hoge eisen aan jezelf en jaag jezelf op om eraan te voldoen. Als je fouten maakt of niet perfect bent, dan heb je het gevoel dat je faalt.
- De schuldinducerende ouder. In deze modus wil je altijd voldoen aan de verwachtingen van anderen. Je hebt moeite je eigen wensen en behoeften aan te geven en voelt je overdreven verantwoordelijk voor het welzijn van de ander. En als je dat niet lukt dan voel je je schuldig en mislukt.
- De straffende ouder. Zit je in deze modus dan ben je vaak kritisch en boos op jezelf. Je schaamt je voor jezelf en kunt niet geloven dat iemand je de moeite waard vindt of dat jouw behoeften ertoe doen.
Al deze modi slijten steeds dieper in als ze tijdens je leven niet ontkracht worden. Het gevolg is dat je strategieën ontwikkelt en ook nog bij je partner gebruikt om zo normaal mogelijk te kunnen leven met je onvervulde emotionele behoeften. Zo ontstaat jouw overlevingsmodus.
De 3 overlevingsmodi
Grofweg gaan mensen op 3 manieren om met onaangepaste schema’s.
1. Onderwerping of overgave. In deze overlevingsmodus neem je jouw geconditioneerde schema voor waar aan. Je verzet je niet. Je berust in het gevoel dat je minder waard bent en stemt je gedrag daar op af. Je eigen behoeften negeer je en je doet wat je partner wil.
2. Vermijding. Hiermee sluit je je eenvoudigweg af voor pijn. Je vermijdt moeilijke situaties waarin je met jouw gevoel van minderwaardigheid te maken krijgt. Bijvoorbeeld door je niet te binden, een solistisch beroep te kiezen en je sociale contacten beperkt te houden.
3. Overcompensatie. Met deze overlevingsmodus doe je het tegenovergestelde van wat je kind- of oudermodus zegt. Je schept bijvoorbeeld op over je eigen kwaliteiten, bezittingen of prestaties om je minderwaardigheidsgevoel weg te drukken. Of in plaats van je hulpeloos te voelen wil je alles overdreven in controle houden. Of je trekt alle aandacht naar je toe in plaats van je onbeduidend te voelen.
Blinde vlek in je relatie …
De meeste mensen zijn zich er niet van bewust dat ze volgens een oud geconditioneerd schema op hun partner reageren. Velen van ons proberen vanuit een onbewuste overlevingsmodus nog steeds de leegte te vullen op een inefficiënte manier. Juist in de intieme relatie met je partner komen de onderdrukte aspecten vaak weer naar boven. Vooral wanneer je je niet veilig voelt bij je partner.
Wanneer is dit schadelijk voor je relatie?
Vanuit ons aangeboren hechtingssysteem is het heel natuurlijk om (alsnog) liefde en veiligheid te willen krijgen. Schadelijke ongelijkwaardigheid ontstaat wanneer we vanuit onze schema’s onze partner eenzijdig als de voed(st)er van onze eigen onvervulde behoeften in proberen te schakelen.
Voor je het weet zit je dan ineens in een soort levensspel waarin de één wil versmelten om het gevoel van isolatie op te heffen en de ander zich terugtrekt om zich nog enigszins vrij of autonoom te voelen. Dergelijke illusies van veiligheid of van vrijheid vormen allebei een defensie die de openheid in je relatie belemmeren.
Hoe kun je dit oplossen?
Met de EFT als onderbouwing weten we nu gelukkig dat de volwassen hechtingsbehoefte heel normaal en gezond is. Maar hoe weet je nu wanneer je ‘mentaal gezond’ bezig bent als je een veilige hechting wil? Kun je er iets aan doen als je in zo’n kind- of oudermodus schiet wanneer je gedrag voor zo’n 75% tot 95% onbewust is? En wat kun je doen om je gezonde volwassenenmodus inclusief de veilige gehechtheid te stimuleren?
In het volgende artikel behandel ik dit.
Voor nu wil ik aan je vragen of je eens voor jezelf wil onderzoeken wanneer jij in een bepaalde kind- of oudermodus richting jouw partner terechtkomt. Je kunt dit doen door een gevoelige situatie of discussie van afgelopen tijd in gedachten te nemen en jezelf per modus de volgende vragen te stellen:
- Ik herken mezelf het meest in de volgende gevoelsthema’s …
- Ik voel of gedraag me zo wanneer …
- En dan heb ik de volgende gedachten en gevoelens …
- Waar ik dan eigenlijk behoefte aan heb is …
Ik ben heel benieuwd hoeveel herkenning je ziet in deze kind- en oudermodi?